Dart:
Het gebruik van een debugger
Hoe:
Basis Debugging:
1. Breakpoints Zetten:
Om een breakpoint te zetten, klik simpelweg op de linker marge van de code regel in je IDE (bijv., Visual Studio Code of Android Studio) waar je de uitvoering wil pauzeren.
void main() {
var message = 'Hallo, Debuggen';
print(message); // Zet hier een breakpoint
}
2. Start Debuggen:
In je IDE, start een debugsessie door te klikken op het debug icoon of door de debug knop in te drukken. De uitvoering zal pauzeren bij breakpoints.
3. Variabelen Inspecteren:
Zodra de uitvoering is gepauzeerd, beweeg over variabelen om hun huidige waarden te zien.
4. Door de Code Stappen:
Gebruik de step over, step into, en step out commando’s in je IDE om door je code te navigeren, één regel of functie per keer.
Geavanceerd Debuggen met Observatory:
Dart bevat een tool genaamd Observatory voor het debuggen en profileren van Dart applicaties. Het is vooral nuttig voor applicaties die draaien op de Dart VM.
Toegang tot Observatory:
Draai je Dart applicatie met de --observe
vlag.
dart --observe je_programma.dart
Dit commando print een URL naar de console, welke je kunt openen in een webbrowser om toegang te krijgen tot de Observatory debugger.
Gebruik van Populaire Externe Bibliotheken:
Voor het debuggen van Flutter applicaties, biedt het flutter_devtools
pakket een reeks van prestatie- en debugtools die integreren met zowel de Dart VM als Flutter.
Installatie:
Voeg eerst devtools
toe aan je pubspec.yaml
bestand onder dev_dependencies
:
dev_dependencies:
devtools: any
DevTools Starten:
Voer dit commando in je terminal uit:
flutter pub global run devtools
Start dan je Flutter applicatie in debug modus. DevTools biedt functies zoals de Flutter inspector voor widgetboom analyse, en de netwerk profiler voor het monitoren van netwerkactiviteit.
Voorbeelduitvoer:
Bij het bereiken van een breakpoint, kan je IDE variabele waarden en stacktraces weergeven zoals zo:
message: 'Hallo, Debuggen'
Door effectief gebruik te maken van debugging tools en technieken in Dart, kunnen ontwikkelaars problemen sneller identificeren en oplossen, wat leidt tot een soepeler ontwikkelingsproces en robuustere applicaties.