Rust:
Een debugger gebruiken

Hoe te:

Rust ondersteunt verschillende debuggers, maar een veelvoorkomende is gdb voor GNU/Linux of lldb voor macOS. Je kunt ook rust-gdb of rust-lldb gebruiken, dit zijn wrappers die Rust-waarden mooi weergeven. Hier is een voorbeeld:

fn main() {
    let mut counter = 0;
    voor _ in 0..5 {
        counter += 1;
        println!("Teller staat op: {}", counter);
    }
}

Om dit te debuggen, compileer met debuginformatie:

$ rustc -g counter.rs

Voer het vervolgens uit in rust-gdb:

$ rust-gdb counter
(gdb) break main
(gdb) run
(gdb) print counter
$1 = 0
(gdb) continue
Teller staat op: 1
(gdb) print counter
$2 = 1

Diepgaand

Debuggen bestaat al sinds de oude tijden van ponskaarten, en de evolutie ervan is een godsgeschenk geweest. Rust biedt zijn eigen gereedschap met integraties voor GDB en LLDB vanwege de systeemniveau-aard van de taal.

Alternatieven voor het debuggen van Rust-code omvatten het gebruik van geïntegreerde ontwikkelomgevingen (IDE’s) met hun ingebouwde debuggers, wat sommigen intuïtiever vinden. Populaire zijn onder andere CLion met de Rust-plug-in of Visual Studio Code met de Rust-uitbreiding.

Wat implementatie betreft, genereert Rust debugsymbolen die deze debuggers begrijpen, wat essentieel is voor het stapsgewijs doorlopen van de code, het instellen van breakpoints en het inspecteren van variabelen zonder je verstand te verliezen.

Zie Ook